Zielige mannen |
donderdag 22 november 2007 | |
Donderdag 22 november 2007 Chagrijnig zwaai ik mijn voeten buiten bed. De digitale cijfers van de wekkerradio geven 00.16 aan. Buiten is het een herrie van jewelste. Een vrachtwagen komt achteruit langsrijden en maakt een schrapend geluid. En zo voelt mijn keel ook, gek genoeg. Slikken gaat moeizaam. Ademhalen door mijn neus ook. Het is weer zover. Verkouden. Ik ben zielig. Ik loop naar de slaapkamerdeur. In het voorbijgaan pak ik mijn 'Kees Klus t-shirt' en trek het aan. Eerst maar even wat te drinken pakken. IJsthee. Met vijf klontjes ijs erin. Met kleine teugjes drink ik het verkoelende vocht. Mmmm, de smaak is anders dan anders. Niet zo gek als je verkouden bent. Op de weg is het een drukte van belang. De Albert van 't Hartweg wordt opnieuw geasfalteerd. En om het verkeer niet teveel te hinderen gebeurt dat 's nachts. Van twaalf tot zes rijden de vrachtauto's af en aan. Zwart glimmende bitumen worden platgewalst. Het is een sinister gezicht. Zwijgende mannen in achteruit rijdende trucks hebben bezit genomen van de anders zo stille weg. Oranje zwaailichten werpen spookachtig licht op huizen en kassen. Als het glas leeg is schuif ik weer voorzichtig in bed. Ik draai me op mijn linkerzij en masseer mijn rechterneusgat zodat er weer lucht door heen kan. Zo gauw dat lukt zak ik weg in een onrustige slaap. Twee uur later. De herrie buiten is er nog steeds. Naast me hoor ik slechts de rustige ademhaling van een vrouw die de slaap van een rechtvaardige slaapt. Ik worstel me op mijn andere zij en probeer ook de slaap weer te vatten. Tevergeefs. Alsof een vrachtwagen kiezelsteentjes in mijn keel heeft gestrooid. Er volgt een herhaling van zetten. Benen buitenboord. Klusshirt aan. IJsthee. IJsklontjes. Nippen en slikken. De asfaltridders verwijderen zich naar achteren. De zielige man verdwijnt weer naar zijn bed. Stil liggend bedenk ik me hoe het moet zijn als je écht ziek bent. Nee, niet zo maar een verkoudheid of een griepje, maar iets ernstigs. Dat je pijn hebt. Continu. Of dat je elke dag te maken hebt met een naar gevoel, lichaamsfuncties die het niet meer doen. Een zere keel van een slangetje die door je neus en keel naar binnen werd geduwd. Zeur dan niet zo man, zeg ik tegen mezelf. Die zere keel van jou gaat met een paar dagen wel weer over. Maar ja, het schijnt mannen eigen te zijn om zielig te doen als ze zich een beetje naar voelen. Met als gevolg dat veel vrouwen hun geliefde ook niet meer serieus nemen als er zich een griepje aandient. 'Kom op zeg, je bent niet ziek, je hebt alleen maar iets verkeerd gegeten!' zegt de een. En een ander: 'Nou nou, het is maar goed dat mannen geen kinderen hoeven te krijgen, want dan was de mensheid snel uitgestorven...' En dus stap ik om half zeven manmoedig uit bed. Even een slok water om de keel te smeren. En dan naar de keuken om toch ook maar het brood van de drie jongsten voor school klaar te maken. Eigenlijk had ik gedacht om dat maar te laten, want ja, als je je zo voelt als ik nu... Kom op! Stel je niet aan! Ik hoop niet dat de verkoudheidsbacillen hun desastreuze werk op school gaan doen. Maar ík heb in ieder geval mijn goede wil getoond. Ik lach terwijl ik het intik. Hoewel, meer dan een brommend geluid is het niet... |