Vissen |
donderdag 28 augustus 2008 | |
Donderdag 28 augustus 2008 Of ik wel eens heb gevist? Jazeker! Als kleine jongen al. Samen met buurjongen Piet van der Plas in de Oude Rijn bij Katwijk. Een hengel gekocht bij Autorama (bestaat dat nog?), een van de eerste telescoophengels die er was zo schat ik. Brood mee of een doosje maden. En zijn vader, moeder en oom waren vaak ook van de partij. Met z'n vijven op een rij aan de waterkant. En maar kijken naar die dobber. Job is een echte kampioen. Ik heb het in Frankrijk weer met eigen ogen gezien. Natuurlijk haalde hij hier in Bleiswijk ook karpers van formaat uit het water, maar zijn vangsten in Trept sloegen alles tot nu toe. Als je het zelfs voor elkaar krijgt om je oom uit Zoetermeer met drie pond te verslaan... Nee, chapeau hoor om maar even op de franse toer te blijven. En heel professioneel ook, die jongen. Drie hengels op een rij, verklikkers voor als er een karper bij een haak uithing, speciaal voer met ketjapsmaak en natuurlijk een onthaakmat. Want een vis leg je niet op de kiezelstenen neer als je hem eindelijk boven water hebt. Nee, zo'n gat in z'n lip is al erg genoeg... Zulke grote vissen, daar droomde ik vroeger van. Ze zullen ongetwijfeld in de Rijn zitten, maar míjn haak zwommen ze voorbij. Blank- en ruisvoorn en dan vaak ook nog ondermaats, daar moest ík het indertijd mee doen. Als je geluk had dan beet er soms een forse blei (zou daar de naam Bleiswijk vandaan komen?) maar meer dan twee heb ik er geloof ik nooit gevangen. Ja, één keer had ik een hele grote aan de haak: Dat was de keer dat ik net een nieuw haakje aan m'n lijn had bevestigd en een onverwachte beweging maakte... Met een ruk beet de haak zich vast in een van mijn vingers. Toen moest de dokter er aan te pas gekomen om mij te onthaken... Gevoelige kwestie, dat begrijpt u. En nu liep ik trots als een pauw op de camping rond. Want ik zag het wel, de mensen wezen mij na. 'Kijk eens', hoorde ik ze fluisteren, 'daar gaat de vader van die jongen die zoveel vis vangt.' 'Hoe oud is hij eigenlijk?' vroeg een vrouw aan Sam en mij toen we langs liepen. Ik vertelde dat hij vijftien was. Ik was er gewoon helemaal van in de war! Want Sam herinnerde me er tien stappen verder aan dat Job in juni zestien was geworden... Dus nee, hij heeft het niet van z'n vader. Zo ver heb ik het nooit geschopt. Maar ik geniet er wel van als ik zie hoeveel plezier hij er in heeft. En om nog even terug te komen op de vraag van Bob de Bouwer aan Sam: We hebben geen karpers opgegeten nee. Dat was verboden. Door de eigenaar van de meren. En bovendien ben ik bang dat de barbecue het ook niet had gehouden... |