Op zaterdag 1 april jl. was u weer van harte welkom tijdens Kom in de Kas, de open dagen van de Nederlandse glastuinbouw.
Natuurlijk ben ik daar ook van de partij geweest! Samen met Marjan, Rik, Bart en mama, papa ging niet mee want die ziet al glas genoeg…. Samen klommen wij zaterdagmiddag op de fiets en fietsten tegen de wind in naar de A.H. Verweijweg. Bart vroeg nog aan mama konden wij ook beter niet de bus pakken bij de veiling? Zijn beentjes zijn nog zo kort en het waaide zo hard!
Het thema was dit jaar: 'Tuinbouw in beweging', ingegeven door de razendsnelle ontwikkelingen in de glastuinbouwsector: automatisering, robotisering, klimaat, belichting, milieu (gewasbescherming, voedingsstoffen, energie), oogst-, sortering- en verpakkingsystemen en schaalvergroting. We konden het allemaal ontdekken!
Nou ik kan u wel vertellen hier heb ik gelukkig helemaal niets van gezien. Ik keek alleen maar naar de pennen, ballonnen, schrijfblokjes, plantjes, stickers, petten en alles wat je eventueel nog meer gratis (vooral gratis!) kon krijgen!!!! Dat viel in het begin helemaal niet mee! Pas halverwege de weg begon ik het eindelijk naar mijn zin te krijgen. Toen kwamen we in een bedrijf terecht waar je op een reuze springkussen kon en sprong ik een gat in de lucht. We konden een rondje maken in een ouderwetse draaimolen, zo vaak als je maar wilde! We kregen een reuze grote suikerspin en Oud Hollandsche poffertjes en dat allemaal gratis! Nou waar maakt u dat nog mee?
Toen we dit bedrijf verlieten met veel tegenzin, geloofde ik m’n ogen niet, want een eindje verder stond een heel echt reuzenrad! Ook helemaal gratis! Natuurlijk zijn we daar met z’n allen in gestapt. Ik moest mama goed vasthouden, want die plaste bijna van angst in haar broek! Koud joh, daarboven in. We konden heel ver weg kijken, het was ene glazen zee om ons heen en de watertoren in Zoetermeer zag ik staan. Ook zag ik dat tante Wilma de was op ging hangen en ik zwaaide naar papa die thuis op de bank lag. Oh ja en ik riep hup Job die was op het voetbalveld en zat midden in de wedstrijd. Het was geweldig leuk, ik kan het u echt aanraden zo’n luchttochtje boven de kassen.
We vervolgden onze voettocht en kwamen van alles tegen. Een drumband met majorettemeisjes, die gooiden met een stok. Een paardentram met Friese knollen, die pardoes op hol sloegen voor de drumband, was ook erg leuk! Een treintje reed af en aan en elke keer riep ik dat ze moesten stoppen, omdat ik ook mee wilde rijden, maar helaas…….. Oh ja, ook nog een schuur vol met trekzakken, daar zijn we maar snel door gelopen, want mijn opa heeft er ook één, niet dat ik daar een hekel aan heb hoor!!! Dat moet u echt niet denken!
Aan het einde van de weg, zouden we met de paardentram weer terug gaan naar onze eigen stalen ros, daar had ik me nou echt op verheugd. Want zeg nou zelf, ook dat maak je niet elke dag mee en mijn kleine beentjes waren zo moe. Al snel kwam er zo’n prachtige paardentram aan gesneld, waarom zo snel? Nou dat zal ik u vertellen, ze gingen ermee stoppen, de paarden waren moe! ‘Ja, en ik dan’, riep ik, ‘denkt u dat ik niet moe bent?!’ Zo’n paard heeft toch veel langere poten, -sorry benen- dan ik? Hij is groot en ik ben klein, dat is niet eerlijk! U raadt het al, arme ik, te voet moesten wij weer helemaal terug, naar het begin van die lange, lange weg waar geen eind aan kwam. Maar ach, ik zal verder niet mopperen. Ik had tenslotte de middag van mijn leven en ben nog nooit op zo’n leuke kermis geweest! Misschien was u er ook? Zo niet dan heeft u heel wat gemist. Niet getreurd, volgend jaar is er weer een “Kom op de Kermis” misschien wel op de Albert van ’t Hartweg.
Tot ziens dan maar en groetjes van Sam. |