Menu Content/Inhalt
Het mannetje 7 (Feest van genade)
dinsdag 31 oktober 2006

Het mannetje heeft er weer een avond bijbelstudie op zitten. Het ging over het feest dat Genade heet. Omdat het mannetje zich de vorige keer had opgeworpen als degene die deze keer de bespreking in goede banen zou gaan leiden, mocht hij ook de randvoorwaarden invullen. Concreet betekende dit dat hij de avond een feestelijk tintje moest meegeven. Dat was niet zo moeilijk: De opgerekte openingstijden van de C1000 hielpen er aan mee om een heerlijke aardbeienvlaai op de kop te tikken. Verder geen fratsen, gewoon lekker een stuk taart bij de koffie, dat scheelt!

Genade, daar kende het mannetje nog wel een mooi verhaal over. In zijn jeugd kwam er weleens een dominee preken die erg beeldend kon vertellen. Zo legde hij het begrip genade en hoe mensen daar mee om kunnen gaan op de volgende manier uit: Twee jongens die aan het vechten zijn. Op een gegeven moment houdt de sterkste de ander stevig met zijn nek op grond en bijt hem toe: 'Genade?''Nooit!' schreeuwt de ander terug. Om op die manier duidelijk te maken dat wij mensen maar moeilijk kunnen leven met de gedachte dat we afhankelijk zijn van een ander.

Want zo is het in feite wel. Genade is een goed dat je niet verdient maar krijgt. De predikant van de gemeente van het mannetje liet dat in zijn preek over genade ook zien. Hoe snel de gedachte kan postvatten dat je iets moet terug doen voor de Here. Dan durf je met een bepaalde zonde niet bij Hem te komen omdat je je zo schaamt. Of er gebeurt iets verschrikkelijk naars in je leven en je zegt dan: Waar heb ik dit aan verdiend? Dan denk je dus dat er een verband ligt tussen hoe jij leeft en hoe God je behandelt.

Tijdens de bespreking met de andere mannetjes kwam weer aan het licht hoe herkenbaar dat voor hen was. Niet bij iedereen in dezelfde mate of op dezelfde manier. Verschillen in karakter en opvoeding zullen er blijven, maar het leven uit genade is voor niemand een automatisme.

Heel wat stof tot nadenken gaf de vraag over hoe de mannetjes dachten over zonde. En dan vooral over in hoeverre je daarmee naar buiten komt. Zeggen dat je zondig bent is één, zeggen waar je het precies moeilijk mee hebt is een tweede. Sommige mannetjes durven zelfs in een krant openlijk er voor uit te komen dat ze worstelen met seksverslaving. Doe je er wijs aan om dat op die manier te doen en zeker als je ambtsdrager bent? Het mannetje had er niet zoveel moeite mee, al dacht hij wel bij zichzelf dat hij gelukkig zo niet in de krant stond... Want ja, dan ga je wel met de billen bloot. Wat zullen de mensen er wel niet van zeggen? En ook al had je je zonden aan God beleden, wat de mensen er van denken kan ook heel belangrijk voor je zijn. Toch? Of moeten mensen, en in het bijzonder mannetjes, daar een beetje vanaf? Want ja, het kan toch zo maar weer gebeuren dat je dan bezig bent om de schijn op te houden: Kijk eens hoe netjes ik leef! Terwijl het mannetje juist de vorige keer had ontdekt dat het God niet gaat om perfecte mensen maar om kinderen die afhankelijk willen zijn.

Het mannetje dacht toen hij thuiskwam nog lang na. Gelukkig waren de tachtig dagen nog niet voorbij...

 

Klik hier!

Klik hier
designed by www.madeyourweb.com