Thermometer |
maandag 02 oktober 2017 | |
‘Schat, waar ligt de koortsthermometer?’ Hij haalt de ouderwetse glazen meter voorzichtig uit de beschermende koker. Voor alle zekerheid toch maar even afspoelen. Je weet maar nooit. Hij kleedt zich uit, gaat op bed liggen en stopt het ding op de bestemde plaats. Een minuut later neemt hij de stand op. 39 graden! Woest smijt hij het meetinstrument tegen de muur. ‘Rotding!’ Het is een beeld dat altijd bij me opkomt als de veilingklok weer eens ter discussie staat. Verwonderlijk hoe heftig kwekers kunnen reageren als dat ruim honderdjarige instrument ter sprake komt. Hoe gemakkelijk een veilingdirecteur ook woorden in de mond neemt als ‘de veilingklok moet duurder worden’ of, nog erger, ‘over tien jaar is de klok er niet meer’. Alsof de klok er hoogstpersoonlijk verantwoordelijk voor is als bloemen- en plantenprijzen laag zijn. Dat prijzen tegen kunnen vallen weten we allemaal. Daar zijn tal van oorzaken voor aan te wijzen. Overproductie is er een van. Of uitval van vraag omdat het in een afzetland economisch een stuk minder gaat. Denk aan Rusland, denk aan de Brexit. En verder is er het weer, of een verschuiving in dat wat de consument graag koopt. Er zijn collega’s die er vast van overtuigd zijn dat directe handel de oplossing is. Zij hebben naar hun eigen zeggen alleen maar last van de veilingklok omdat hun bloemen daar minder opbrengen dan wat zij van hun klanten krijgen. Dus waarom nog klokken? Weg ermee! En ik snap de redenering. Maar toch klopt er iets niet. Want een veilingklok laat slechts zien wat de temperatuur is. Als er teveel aanbod is geeft hij dat genadeloos aan. Is er schaarste, dan reageert hij er feilloos op. Hebben kopers hun buik al vol gekocht met directe handel? Lage prijzen op de klok. Staat er een emmer te weinig? Skyhigh. |