Pitch en Putt |
dinsdag 11 september 2007 | |
Dinsdag 11 september 2007 'Wie gaan er bij elkaar in een groep? Of moet ik ze zelf aanwijzen?' De man heeft vaker met dit bijltje gehakt. Je ziet hem denken: 'Weer zo'n besluiteloos groepje mannen dat zich geen raad weet als vrouwlief er niet bij is.' En zo worden er drie groepjes geformeerd. Twee maal drie en eenmaal vier. In de laatste zit ik, samen met Dick, Gert en Paul. Het pitchen en putten kan beginnen. Jawel, het is weer zover, de eerste vrijdag in september. Broederdag. Met z'n tienen op stap met een zak geld en avondpermissie. En in hun oneindige wijsheid hebben de broers Maarten en Paul besloten dat het verzamelpunt is gelegen op sportcentrum Papendal. Aldaar bevindt zich een complex van Pitch en Putt, zeg maar een golfbaan op zakformaat. Nee, geen midgetgolf, maar banen met een lengte van tussen de 35 en de 70 meter. Met echt gras en echte kortgeschoren greens. De bedoeling mag duidelijk zijn: Sla met zo min mogelijk slagen het golfballetje vanaf de afslag in de put. En dat valt nog niet mee... Bij mijn eerste afslag krijg ik van de gevorderden onder ons al de aanwijzing dat ik niet met mijn polsen maar met mijn schouders moet bewegen. Als een pendule, zeg maar. Nou, het duurt nog wel een paar 'holes' voordat dat er een beetje op gaat lijken. Bij Gert en Paul is duidelijk te zien dat zij al langer dit spelletje beoefenen. Met indrukwekkende klappen weten zij soms het balletje tot over de green te slaan. Wat uiteraard ook weer niet de bedoeling is, maar dat terzijde. Het putten gaat me beter af. De eerste keer maant Paul me om aan Ineke te denken. De bedoeling is dat ik dan niet te hard zal slaan. Gaandeweg wordt duidelijk dat om de een of andere reden het aan mijn schoonmoeder Rietje denken meer vruchten afwerpt... Een hoofdstuk apart blijkt Dick te zijn. Krijgt hij bij de eerste holes van Paul en Gert nog regelmatig aanwijzingen hoe hij zijn slag zou kunnen verbeteren, halverwege hebben ze klaarblijkelijk de moed opgegeven. Van enige afstand kijken ze toe hoe bij de afslag alles aan Dick beweegt, behalve zijn schouders. En wanneer het hem desondanks lukt om van ons vieren de bal het dichtst bij de green te laten neerkomen dan klinkt Pauls commentaar: 'Hoe is het mogelijk Dick dat je met zo'n belabberde voorbereiding toch nog die bal weet te raken.' Kijk, van je broers moet je het hebben. Na drie uur, met een uur pauze tussendoor, wordt de golfmiddag afgesloten. Op naar Wageningen voor de derde helft. Die blijkt sommigen van ons stukken beter af te gaan... |